'Contact is de Haarlemmerolie voor alles'

'Contact is de Haarlemmerolie voor alles'

16 oktober 2025 door Marianne Verhoeff 0 reacties

Enthousiast meeschreeuwen met het Legioen in het Feyenoordstadion, maar ook elke dag mediteren en sprituele steun ondervinden bij de Rhidwan: voor Dick Zoutendijk zijn dat geen tegenstrijdigheden. En reizen is voor hem noodzaak, zegt hij. Al vindt hij dat zelf wel wat groot klinken. Over wat hem drijft, als mens en als therapeut, vertelt hij openhartig in een gesprek met Marianne Verhoeff.

Dick Zoutendijk, 62 jaar, ruim 20 jaar een praktijk in Rotterdam en in Zeeuws-Vlaanderen, zit er ontspannen bij. Een beetje brak vanwege een korte nacht. Hij was gisteravond met zijn zoon in de Kuip, het Feyenoordstadion. Ze wonnen. Gelukkig. Na de wedstrijd in Rotterdam nog terug naar Zeeuws-Vlaanderen. Later in ons gesprek vertelt hij dat hij al sinds zijn derde, dus al bijna 60 jaar (!), een seizoenkaart van Feyenoord heeft. ‘Mensen die mij nog niet zo lang kennen, ook sommige cliënten, vinden dat in hun hoofd soms lastig te combineren: schreeuwen in het stadion en spirituele retraites bij de Ridhwanschool in Zweden. Voor mij is het stadion mijn thuis. Vroeger thuis was het niet zo fijn.’ 

Dick Zoutendijk

Dat laatste leidde niet in een rechte lijn naar therapie of het therapeutschap. In tegendeel. Tot zijn dertigste had Dick zijn leven op de rit. Bestuurskunde gestudeerd, een tijdje werkzaam in de wetenschap, gevolgd door een goed betaalde baan als consultant in het bedrijfsleven. Een leven met vooral hoofd en nog weinig hart. Alleen, dat wist hij toen nog niet. 

In 1995 kwam de omslag. Dick vertelt: ‘Ik was er beroerd aan toe. Angstig, somber en ik leefde vooral in mijn hoofd. Ik woonde in Arnhem en zag een advertentie voorbijkomen: een basiscursus Emotioneel Lichaamswerk. Dat was wel het meest vreselijke wat ik kon bedenken en toch zei iets in mij dat ik daar moest zijn. Met deze cursus betrad ik een volstrekt nieuwe wereld. Met als grootste openbaring dat ik een lijf heb!’ 

Alle mede-deelnemers gingen na deze basiscursus door met het vervolg. Behalve Dick. “De trainer zei tegen mij: jij mag pas door als je stopt met jouw waarom-vragen.” Nu kan hij het lachend zeggen: ‘Ik heb die basiscursus zeven keer gedaan! Zeven keer!’

In 2000 begon hij met een massage-opleiding op Venwoude en de Schans en voor hij die in 2001 afgerond had, is hij verder gegaan met de lichaamsgerichte therapeutenopleiding bij Bodymind. Hij probeerde nog een tijdje om de wereld van de consultants te combineren met zijn praktijk. Werkte nog anderhalf jaar bij een concurrent voor twaalf uur per week. Dat ging niet. Hij was met zijn hoofd en lijf al helemaal in zijn nieuwe wereld. Dick zegt: ‘Het was duidelijk dat ik een totale overstap moest maken. In de pauze op mijn werk als consultant checkte ik mijn mail om te kijken of zich nog nieuwe clienten hadden aangemeld’. Naast de individuele therapie zijn daar later relatietherapie en het geven van supervisie bij gekomen. 

Om aan te geven wat zijn diepere motivatie is geweest om dit pad te lopen haalt Dick de woorden aab van Henne-Arnolt Verschuren, die vijftien jaar zijn supervisor was: ‘Jij bent masseur geworden omdat je zelf te weinig aangeraakt bent. Je bent therapeut geworden om je hart te openen.’ En zo is het.

Nieuwsgierigheid

‘In dit vak ben ik voortdurend in contact met mensen. Het allerleukste daaraan vind ik de enorme diversiteit. Alle genders, alle leeftijden. Ik werk bijvoorbeeld met studenten, maar heb sinds kort ook een man van boven de 80 in mijn praktijk. Die is voor het eerst in zijn leven in therapie. Dan natuurlijk verschillende seksuele geaardheden, mensen van diverse afkomst en en wereld aan beroepen. Zo begeleidde ik een tijdje een aantal danseressen en musici. Voor mij een heel andere wereld. Dat maakt mij dan nieuwsgierig. En bijvoorbeeld verschilende cliënten die van de Kaapverdische Eilanden afkomstig zijn. Wat voor land is dat? Hoe is hun cultuur? Wat zijn de verschillen tussen de eilanden, qua opvoeding? Dat maakt het werk zo fascinerend.’ 

We praten over wat een goede sessie is en of hij nog wel eens ontevreden is over een sessie. Dick begint te lachen. ‘Ik wil niet arrogant overkomen, maar echt beroerde sessies heb ik niet meer. Tegelijkertijd ben ik een stuk bescheidener geworden over wat wel en niet werkt. Zo was ik een keer zeer tevreden over een bepaalde ademsessie. Die had naar mijn idee voor een doorbraak gezorgd. Toen deze cliënt een aantal maanden later afscheid nam, bleek het dat een opmerking die ik na de sessie op de gang maakte, en die ik mijzelf niet meer kon herinneren, cruciaal was geweest..’

'Het grootste goed is het contact met mijzelf'

Op mijn vraag naar adviezen voor beginnende therapeuten geeft hij meteen te kennen: ‘Ik heb een enorme hekel aan tips en adviezen. Ik hou er niet van’. Na deze eerste reactie neemt Dick de tijd om naar binnen te keren. Zijn vervolg-antwoord: ‘Het is uiteindelijk niet de opleiding, niet de methode en al helemaal niet de hoeveelheid boeken die je leest die jouw therapeutschap vormen. Het heeft meer te maken met nieuwsgierigheid, naar jezelf, naar de wereld. Ook met moed: om het leven aan te gaan, om met tegenslag om te gaan. Of om het plat te zeggen: eens flink op je bek te gaan. Situaties op te zoeken die spannend zijn. Net buiten je comfortzone, met licht knikkende knieën.’

‘Het grootste goed in mijn eigen ontwikkeling vind ik het contact met mijzelf. Dat ik mijn hart kan openen, bij mijzelf kan blijven. Mijn gezin is natuurlijk ook heel belangrijk; daar ben ik ontzettend blij mee. De basis is het contact met mijzelf. Onderzoek bevestigt steevast het belang daarvan. Voor de effectiviteit van therapie staat het contact met de therapeut op nummer één. Daarvoor is een open hart nodig. En het vermogen om verbinding te maken. Op nummer twee staat of de cliënt zelf echt in therapie wil, dan volgt een tijd niks en dan pas komt de methode, dan weer een hele tijd niets en dan alle andere factoren.'

Focuspunten

Dick vervolgt zijn verhaal over zijn aanpak in de therapie en hoe anders dat nu is dan zeg vijftien jaar geleden. ‘Ik heb een tijdje terug mijn verslagen van vijftien of twintig jaar terug weer eens doorgelezen. Het viel me op hoeveel ik aan het doen was in een sessie en hoeveel ideeën voor de sessie ik vantevoren opschreef. Nu worden mijn focuspunten bepaald vanuit de altijd gestelde vraag in de intake: “Stel, we zijn drie of vier maanden verder. Waaraan ga jij aflezen dat het beter met je gaat?” Het antwoord van de cliënt op deze vraag zit ergens in mijn achterhoofd tijdens de sessies. Voorop is het vertrouwen dat als ik in het moment en in het contact werk, er linksom of rechtsom gewerkt wordt aan wat nodig is.’

Hij hoeft niet veel te doen om nieuwsgierig te blijven. Dick kent zichzelf niet anders dan ongelofelijk nieuwsgierig en dat zal blijven, zeegt hij. Dat is niet alleen in zijn werk. Als hij op reis is, zijn kijken en vragen altijd wakker. Hoe lang wonen deze mensen al bij de rivier, waar leven ze van, hoe is de cultuur, waarom ligt dit dorp hier en niet vijf kilometer verderop? Er is wel een verschil met vroeger. Nu is hij ook lijfelijk aanwezig. ‘Ik kan anders kijken, met mijn hart.’ 

Dick vertelt over zijn vroegere reizen. ‘In de tijd dat ik weinig contact met mezelf had. Vooral in mijn hoofd leefde. Ik zie mezelf zitten, op een droombestemming. Een strandje in Noord-Chili. Vijf minuten voor zonsondergang. Ik was druk aan het zoeken in de Lonely Planet hoe laat de bus de volgende dag zou vertrekken.’

Dicht op je eigen huid
’Zorg dat je dicht op je eigen huid blijft.’

Het werk blijft ook boeiend omdat niet elke werkdag een leuke dag hoeft te zijn. ‘De ene dag heb ik meer zin dan de andere, soms is het niet zo’n heel leuke of boeiende sessie of ben ik wat minder tevreden. Dat is niet rampzalig. Wat ik doe als ik me echt zit te vervelen? Dat breng ik dan in. Dat is sowieso mijn stijl van werken. De cliënt krijgt veel mee van wat er in mij omgaat. Ik geloof daarin. Ik ben wel zo eerlijk om toe te geven dat ik niet rechtstreeks zou durven zeggen dat ik me verveel. Wel bijvoorbeeld dat ik merk dat mijn aandacht verslapt. Daardoor wordt het weer leuk. Dan is er meteen weer contact. Meer contact is de Haarlemmerolie voor alles.’

We keren terug bij de beginnende therapeut. ‘Het contact met jezelf is de essentie. Zorg dat je dicht op je eigen huid blijft.’ Dick geeft dat handen en voeten: 'Dat gaat over hoe je je praktijk inricht, waar je praktijk wilt houden, hoeveel dagen per week, combineer je het met ander werk of juist niet, stap je meteen in een vervolgopleiding, wil je veel reclame maken of heb je een meer organische ontwikkeling voor ogen. Daarbij ook rekening houdend met je totale leven. Wat is op dit moment voor jou het meest kloppend? Dat kan natuurlijk na een tijdje weer helemaal anders zijn. Doe wat voor jou klopt.’

'Ik hou van heel veel van mijn cliënten'

Dick denkt lang na voor hij benoemt wat hij zwaar of lastig vindt. Drie of vier cliënten komen naar boven waar hij al vele jaren mee werkt. Voor hen is hij een life-line. Concreet betekent dat bijvoorbeeld dat hij wel eens gebeld is terwijl de cliënt op het station stond om voor de trein te springen. Hij prijst zich gelukkig dat hij dan kalm kan blijven en helpende reacties kan geven. En als het achter de rug is, geeft het ook vervulling. ‘Het gaat ergens over. Het geeft het gevoel dat je er toe doet. Van betekenis voor een ander kunt zijn.’

In de categorie lastig gaat het over lichtere zaken. ‘Dat ik soms zie wat een cliënt te doen staat, een lastig telefoontje naar een zus waar al heel lang geen contact meer mee is of elke dag gaan wandelen voor de broodnodige zelfzorg. De cliënt weet het zelf ook en toch lukt dat dan nog niet. Een zetje helpt niet. Dan voel ik soms frustratie. Ik gun het de ander.’

Afscheid nemen van cliënten blijft moeilijk. ‘Ik hou van heel veel van mijn cliënten. Dan heb je een lange tijd samen gewerkt: serieus, gelachen, een band gekregen en dan komt dat moment dat het ineens is afgelopen. Dat blijft pijnlijk. Dat je voelt dat het in de gewone wereld best een vriend zou kunnen zijn.’ 

Categorie apart

Voor Dick is zelfzorg een rode draad door de dag, de week, het jaar. Sinds een tijdje lukt het om elke dag te mediteren. De Ridhwan, waar hij sinds 2008 in Zweden aan verbonden is, geeft spirituele steun en persoonlijke groei. Elke dag lopen met de hond op het Zeeuws-Vlaamse platteland of langs de Westerschelde, is een fijne routine. En ook al hecht hij veel waarde aan contact met zichzelf: een fijne, stabiele relatie versterkt zijn basis. Reizen is voor hem een categorie apart. ‘Dat is voor mij noodzaak’, zegt hij. Al vindt hij dat zelf wel wat groot klinken. 

Bij de afronding van het gesprek is er geraaktheid. De afgelopen periode zijn er in zijn omgeving veel dierbare mensen overleden. Dat maakt de fragiliteit van het leven voelbaar. ‘Als we ervan uitgaan dat we maar zo’n vijftien procent van ons leven in eigen hand hebben; dan is het al heel wat als we met vallen en opstaan daar invulling aan kunnen geven. Dat we ons leren verhouden tot dat deel van ons leven waar we geen invloed op hebben." Dick haalt daarbij de tekst op zijn profiel aan, die hij las op de muur van een café in het naburige Antwerpen: Iedereen die je ontmoet, voert een gevecht waar jij niets over weet. Wees vriendelijk. Altijd.

‘Dus laten we in dat korte, kwetsbare leven vriendelijk zijn voor elkaar. Of klink ik nu teveel als een goeroe?’

Marianne Verhoeff

Marianne Verhoeff

Sluiten